uitdrukkingen NL-F R-Z



R

hee, ouwe rakker!
salut, vieille branche !

rammelen van de honger
avoir l'estomac dans les talons

rare fratsen/streken uithalen
faire des siennes

als een rat in de val zitten / geen kant meer op kunnen
être fait comme un rat

en de hele rataplan / en de hele santenkraam
et tout le bataclan

in de rats zitten
se faire de la bile
se mettre la rate au court-bouillon

een rauwe stem (door alcohol)
une voix de rogomme


tiré au cordeau

reculer pour mieux sauter
reculer pour mieux sauter / een afwachtende houding aannemen / een klein voordeel opgeven om later een groter te kunnen krijgen

redden wat er te redden valt
sauver les meubles

iemand uit een hachelijke situatie redden / de situatie redden
sauver la mise


il pleut (ça tombe) comme à Gravelotte

het regent dat het giet
il pleut à verse / à seaux, à torrents

het regent pijpenstelen
il pleut des cordes
il pleut des hallebardes

reken er maar niet op! / dat had je gedroomd!
tu peux toujours rêver !

een rekening vereffenen
régler son compte

casseur d'assiettes

courir comme un dératé

brûler le pavé

een rib uit het lijf kosten
coûter les yeux de la tête
coûter un bras

ze niet allemaal op een rijtje hebben
avoir une araignée au plafond

roddelen over / kwaad spreken van iemand
habiller pour l'hiver

roeien met de riemen die je hebt
à la guerre comme à la guerre

roepen in de woestijn / praten voor dovemansoren
prêcher dans le désert

roerei
un oeuf brouillé

roet in het eten gooien / een spaak in het wiel steken
mettre des bâtons dans les roues

roken als een ketter/schoorsteen
fumer comme une cheminée
fumer comme un pompier

rokkenjager
coureur de jupons

een rollende steen vergaart geen mos
pierre qui roule n'amasse pas mousse

op rolletjes lopen
aller (comme) sur des roulettes

alle wegen leiden naar Rome
tous les chemins mènent à Rome

rondbanjeren
se promener de long en large / arpenter

rondbazuinen
emboucher la trompette

rondkomen
joindre les deux bouts

piquer un fard

door rood rijden
brûler un feu rouge

roofbouw op zichzelf plegen
brûler la chandelle par les deux bouts

geen rooie cent hebben
ne pas avoir un radis / ne pas avoir un rond / être fauché (comme les blés)

in rook opgaan
partir en fumée

in de roos schieten
faire mouche
taper dans le mille

être sur le gril

rosse buurt / risicowijk
quartier chaud

zich rot voelen / verdrietig/angstig zijn
avoir le coeur gros
avoir la gorge serrée
avoir un poids sur l'estomac

rot op!
dégage ! / fous(-moi) le camp ! / fiche(-moi) le camp ! / barre-toi ! / casse-toi ! / va te faire fiche ! / va te promener ! / va te faire voir ! / tire-toi ! etc. 

rotstreken / kuiperijen / verwarring en verdeeldheid zaaien
des manoeuvres florentines

à la noix

je m'en moque comme de colin-tampon

n'y voir que du bleu

geen rozen zonder doornen
il n'y a pas de roses sans épines


brut de décoffrage



ruzie zoeken met iemand
chercher (des) noise(s) à quelqu'un

S

een samengeraapt zootje
de bric et de broc / bric-à-brac

samenhokken / in zonde leven
être/vivre à la colle

gaan samenwonen
se mettre en ménage

sam-sam doen / het op een akkoordje gooien
couper la poire en deux

de hele santekraam
tout le saint-frusquin

toute honte bue

honni soit qui mal y pense

plein aux as

schattig, engelachtig
sage comme une image

scheel kijken
avoir un oeil qui dit merde à l'autre

scheepskok / (meester)kok
maître queux

schelden doet geen zeer
la bave du crapaud n'atteint pas la blanche colombe

arrondir les angles

lâcher une caisse


in de schijnwerpers staan / voor het voetlicht komen
être sous les feux de la rampe 

schijt aan iemand hebben
se foutre de la gueule de quelqu'un
s'en battre l'oeil

een schijtluis/slome duikelaar/watje zijn
avoir du sang de navet

prendre la grosse tête

schoenmaker, hou je bij je leest / ieder zijn vak
chacun son métier et les vaches seront bien gardées

uit de school klappen
vendre la mèche

faire table rase
nettoyer les écuries d'Augias

schoon schip maken
faire place nette
crier comme un putois


qui paye ses dettes s'enrichit

faire le gros dos

un coup de pied en vache

avoir la tête dans la boue


ce n'est pas une sinécure

met Sint-Juttemis
à la Saint Glinglin / quand les poules auront des dents

een sisser / een losse flodder / veel geblaat weinig wol
un pétard mouillé

le rocher de Sisyphe


wie slaapt heeft geen honger
qui dort dîne

dat slaat in als een bom
c'est un pavé dans la mare

van slag zijn / uit je goede doen zijn
marcher (être) à côté de ses pompes

een goede slag / een goed resultaat / een goede keus
une bonne pioche

de slager keurt niet zijn eigen vlees
on ne peut être à la fois juge et partie

een slapeloze nacht
une nuit blanche

slapen als een blok
dormir comme une souche


een slapjanus zijn
avoir du sang de navet / du sang de poulet /

slappe knieën hebben / snel bij de pakken neer gaan zitten
se noyer dans un verre d'eau

être dans le cirage

de sleur doorbreken
sortir de l'ornière

sliep uit! / nananananana
bisque ! bisque ! rage !

le nerf de la guerre

slijmen / zoete broodjes bakken
tenir les pieds (au) chaud à quelqu'un

het is slikken of stikken
c'est à prendre ou à laisser
avaler des couleuvres

iemand te slim af zijn / zich er handig uit redden
jouer au plus fin

tenir les cordons du poêle

prendre le mors aux dents

des goûts et des couleurs on ne discute pas


smeergeld betalen / omkopen
graisser la patte

in de smiezen hebben, in de gaten houden
avoir dans le collimateur

smijten met geld
jeter l'argent par les fenêtres

smoesjes verkopen
raconter des salades

geen snars waard zijn
ne pas valoir un clou

faire boule de neige

il neige des queues de lapin

yoyoter de la cafetière / touffe

hij drukt zijn snor
c'est le chien de Jean de Nivelle (qui s'enfuit quand on l'appelle)

het somber inzien, in de put zitten
broyer du noir

soort zoekt soort
qui se ressemble, s'assemble

het sop is de kool niet waard
le jeu n'en vaut pas la chandelle

geen spaan van iemand heel laten / kwaadspreken over iemand
dire pis que pendre

spam
pourriel (Québec)

in spanning houden / geen rust gunnen
tenir en haleine

de spanning is om te snijden
il y a une atmosphère à couper au couteau

speerpunt
fer de lance

spelbreker / dwarsligger / azijnpisser
empêcheur de tourner en rond

men kon een speld horen vallen
on aurait entendu une mouche voler / trotter une souris

een speld (naald) in een hooiberg zoeken
chercher une aiguille dans une botte (meule) de foin

voor spek en bonen meedoen / niet meetellen
compter pour du beurre

geen spier verrekken / zich niet uit het veld laten slaan
ne pas ciller

spijbelen
faire l'école buissonnière, sécher des cours

spijkers op laag water zoeken
chercher la petite bête
chercher le poil dans l'oeuf

essuyer les plâtres

à bride abattue

zijn sporen uitwissen
brouiller les pistes

zijn sporen verdienen
gagner ses éperons

moulin à paroles

in spreekkoren / scanderend
sur l'air des lampions


ça en jette

(zomer)sproeten
le bran de Judas

spuit elf / werker van het elfde uur
un ouvrier de la onzième

la queue entre les jambes

faire (la) grève

la petite reine

fou à lier

jeter une pierre dans le jardin de quelqu'un

verser un pot de vin

riche comme Crésus

jeter la première pierre


une voix de stentor

avoir les reins solides

de sterren van de hemel spelen
brûler les planches

sterven van de honger
avoir la dalle

sterven van de kou
on se les pèle !

stevig op zijn benen staan, in blakende gezondheid zijn
être solide/se porter comme le Pont-Neuf

stevig in zijn schoenen staan
être droit dans ses bottes

une plâtrée


zo stijf als een hark / blut / platzak
raide comme un passe-lacet

een stijfkop
une tête de mule

collet monté

stijgen op de (maatschappelijke) ladder
gravir les échelons (de la société)

met stille trom
sans tambour ni trompette

stille wenk
appel du pied


doré sur tranche


être d'un calme olympien


enfourcher son dada

bourré comme un coing


een stoplap, invaller, tweede keus
un bouche-trous

een storm in een glas water / much ado about nothing
une guerre picrocholine

zich storten op
se jeter / se lancer à corps perdu dans

s'embarquer sans biscuit

straalbezopen zijn / zich te barsten gevreten hebben
avoir les dents du fond qui baignent

op straat staan / zonder werk zitten
être sur le pavé

over straat slenteren / rondzwerven / de straat op gaan
battre le pavé

een streber zijn / super ambitieus zijn
avoir les dents longues / avoir les dents qui rayent le parquet

streng zijn / onverbiddelijk zijn
avoir un bras de fer

stroman
homme de paille

enterrer la hache de guerre

zich in het strijdgewoel mengen
monter au créneau

zich aan een laatste strohalm vastklampen
s'accrocher à une planche de salut 

petite pluie abat grand vent

se prendre les pieds dans le tapis

struisvogelpolitiek
politique de l'autruche


stuivertje wisselen
le chassé-croisé

een stuk in je kraag hebben / te diep in het glaasje gekeken hebben
avoir un verre dans le nez / se piquer le nez / se piquer la ruche / lever le coude

zich van zijn stuk laten brengen
se laisser démonter

stukje bij beetje
de fil en aiguille

de stukken zijn nog heel
faites chauffer la colle

de beste stuurlui staan aan wal
la critique est aisée, mais l'art est difficile


op je tandvlees lopen
être sur les dents

se casser les dents sur

als een tang op een varken / als een vlag op een modderschip / heel slecht staan
aller comme un tablier à une vache / comme des guêtres à un lapin

onder het tapijt vegen / met voeten treden
faire litière de

envers et contre tous

prendre le contre-pied

sentir passer le vent du boulet

revoir sa copie


être paf

thuis bij moeder de vrouw...
le repos du guerrier

jouer la belle

tien tegen één dat / je kunt ervan op aan dat
il y a fort à parier que

de tijd doden
tuer le temps

zijn tijd verbeuzelen
gober les mouches

dat werd eens tijd ook!
c'est pas trop tôt !

iemands tijd verdoen
amuser le tapis


niet aan iemand kunnen tippen
ne pas arriver à la cheville de quelqu'un

titanenarbeid
travail de titan


pierre de touche

défrayer la chronique

de tongen losmaken / aan het praten krijgen
délier la langue

tongzoenen
rouler un patin / une pelle / une saucisse / une galoche / une escalope

uit de toon vallen
faire tache

donner le ton / donner le la / donner la note

een toontje lager laten zingen
rabattre/rabaisser le caquet

mettre un bémol

van top tot teen
de pied en cap

het topje van de ijsberg
la partie immergée de l'iceberg

la Grenelle 

het toppunt van
le comble de

in topvorm zijn, pieken
avoir la patate, avoir la frite

tot in de puntjes / piekfijn in orde
aux petits oignons

als bij toverslag
comme par enchantement

dur à la détente

traîner les pieds

je vous invite / vous êtes mon invité(e)/mes invité(e)s


pêcher en eau trouble

dat is troep/rotzooi/bocht
c'est de la daube

fier comme un paon

zo trots als een pauw / apetrots
fier comme un pou / fier comme Artaban

tussen (twee) haakjes / trouwens / overigens
soit dit en passant

er even tussenuit zijn, freewheelen
être en roue libre

als twee druppels water op elkaar lijken
se ressembler comme deux gouttes d'eau

er zitten twee kanten aan deze zaak
il y a à boire et à manger

twee handen op één buik zijn
s'entendre comme larrons en foire

van de twee snelheden / met twee maten meten
à deux vitesses

twee vliegen in één klap slaan
faire d'une pierre deux coups / faire coup double

y a pas photo

twistappel
pomme de discorde

U

uilskuiken
triple buse

uit zijn vel springen
sortir de ses gonds

iemand een uitbrander geven / de les leren / de oren wassen
passer un savon à quelqu'un

tot het uiterste drijven / tot wanhoop brengen
pousser à bout

uitgekafferd worden
se faire sonner (les cloches)

uitgeput zijn
être lessivé

uitgekleed worden (bij een kaartspel bijv.)
se faire lessiver

helemaal uitgekleed / blut / geen cent te makken
une main devant une main derrière

à bout de course

sucer jusqu'à l'os

iemand uitknijpen
presser quelqu'un comme un citron

iemand uitlachen
se payer la tête (la fiole/la bobine) de quelqu'un

iets tot de laatste druppel uitmelken
faire ses choux gras de quelque chose

daar krijg ik uitslag/puistjes van
ça me donne des boutons


l'exception confirme la règle

uniek, heel bijzonder
comme pas deux, comme pas un

bij de upper ten / de happy few behoren
faire partie du Gotha
un homme de l'art

un procès d'intentin

un de ces quatre

van dag tot dag leven
vivre au jour le jour

van de hak op de tak springen
passer du coq à l'âne
parler à bâtons rompus

van een kale kip kun je niet plukken
c'est dur de tondre un oeuf

van een mug een olifant maken
faire une montagne d'une taupinière
faire d'une mouche un éléphant

van liefde rookt de schoorsteen niet
il est difficile de vivre d'amour et d'eau fraîche

van uitstel komt afstel
le report signifierait l'abandon

couler de source

vaste wal / vaste grond onder de voeten
le plancher des vaches

vastenavond
mardi gras

vast slapen
dormir à poings fermés

een veeg uit de pan krijgen
recevoir une volée de bois vert

veel geblaat, weinig wol
la montagne accouche d'une souris

veel geschreeuw, weinig wol / de berg heeft een muis gebaard
faire/jouer la mouche du coche

veel te veel
treize à la douzaine

een veer laten, erbij inschieten
y laisser des plumes

vel over been, broodmager
un sac d'os

niet goed in zijn vel zitten
ne pas être dans son assiette

être de mauvais poil

vele kleintjes maken één grote / alle kleine beetjes helpen
les petits ruisseaux font les grandes rivières

le diable est dans les détails

c'est fort de café !

en faire un pataquès

porter le chapeau

la roue tourne

een verklikker
un corbeau

en pincer pour


een vermogen kosten
coûter bonbon

ne tirez pas sur le pianiste !

tomber en quenouille


verre van dat
tant s'en faut / loin s'en faut / loin de là

zich verrijken
faire son beurre

een verschil van dag en nacht
c'est le jour et la nuit

verschoppeling, paria, ongewenste persoon
laissé-pour-compte

(hinderlijk) versieren
faire du plat

verstand op nul, blik op oneindig
(foncer) bille en tête

être/rester/laisser pantois

s'ennuyer comme un rat mort

het was te verwachten
il fallait s'y attendre

naar Verweggistan/Timboektoe vertrekken / naar de verdoemenis gaan
aller à Tataouine
au diable Vauvert

(een klap) verwerken / incasseren
accuser le coup

dat verzin je niet!
ça ne s'invente pas !

een vet accent
un accent à couper au couteau

het is geen vetpot
ce n'est pas le Pérou !

victorie kraaien / de doodsteek geven
sonner l'hallali

de vijfde colonne
la cinquième colonne

haut la main

numéroter ses abattis

als een vis in het water
comme un poisson dans l'eau

engueuler comme du poisson pourri

als viswijven tegen elkaar tekeergaan
se battre comme des chiffonniers

Sint-Vitusdans
la danse de Saint-Guy

de vlag hijsen
lever les couleurs

de vlag strijken / zich gewonnen geven
baisser pavillon / mettre pavillon bas

een vlammenzee
une mer de feu

vlees aanbraden
faire revenir une viande

vlees noch vis
ce n'est ni chair ni poisson

vleugellam zijn, uit het lood geslagen zijn
battre de l'aile, avoir du plomb dans l'aile

in vliegende vaart
sur les chapeaux de roues

vliegen vangen / water naar de zee dragen
peigner la girafe

een vlinder (in de liefde) zijn
avoir un coeur d'artichaut

in een vloek en een zucht
en deux temps trois mouvements
en cinq sec

vlot trekken
remettre à flot

iemand op de voet volgen
emboîter le pas (à quelqu'un)
marquer à la culotte

niet kunnen voetballen
avoir les pieds carrés

mettre sur un piédestal

voetveeg / sloof / goede sul
(taillable et) corvéable à merci

vol op de rem gaan staan
freiner des quatre freins

vol gas / linea recta
tout schuss

volhouden
tenir le coup

un cousin germain

jouer à guichets fermés

prudence est mère de sûreté

zich helemaal volproppen
s'en mettre plein la lampe

er een voorbeeld aan nemen
en prendre de la graine

voorbijstuiven
passer en trombe

voor de duivel niet bang zijn
ne pas avoir froid aux yeux

voor ieder wissewasje / zonder reden
pour un oui ou pour un non

voor je het weet...
le temps de dire ouf

zo zijn/haar voorkeuren hebben
avoir ses têtes

voors en tegens / de balans opmaken
le droit d'inventaire

een ruime voorsprong hebben
caracoler en tête

aller vite en besogne


de zaak vooruit helpen
faire avancer le schmilblick

chassez le naturel, il revient au galop



libre arbitre

tomber du lit

vrolijk pinksteren
joyeuse fête de pentecôte

zo vrolijk als wat

gai comme un pinson

vrolijke Fransen
de joyeux drilles

de vuile was buiten hangen
laver son linge sale en public

vuil kreng, smeerlap
peau de vache

uit het vuistje eten, schaften
manger sur le pouce

in zijn vuistje lachen
rire dans sa barbe
rire sous cape
faire la barbe

het heilig vuur hebben / in vuur en vlam staan
avoir le feu sacré

zich tussen twee vuren bevinden
se trouver entre le marteau et l'enclume

te vuur en te zwaard bestrijden / er blindelings op los gaan
frapper d'estoc et de taille

W

waar bemoeide hij zich ook mee?
que diable allait-il faire / qu'allait-il faire dans cette galère?

waar een wil is, is een weg
vouloir, c'est pouvoir

waar gehakt wordt vallen spaanders
on ne fait pas d'omelette sans casser des oeufs

waar is de goede oude tijd gebleven?
où sont les neiges d'antan ?

waar rook is, is vuur
pas de fumée sans feu

waar slaat dat op?
à quoi ça rime?

qu'est-ce qui me vaut ... ?

(veel/weinig) waarde hechten aan
faire (grand/peu de) cas de

een waarheid als een koe
une vérité de La Palice / une palissade

de waarheid boven water krijgen
tirer les vers du nez

de waarheid opbiechten, doorslaan
cracher le morceau

iemand eens flink de waarheid zeggen
secouer comme un prunier / secouer les prunes

het waarom
le pourquoi du comment

poireauter


er warmpjes bij zitten, onroerend goed bezitten
avoir du bien au soleil

er warmpjes bij zitten / leven als een God in Frankrijk
avoir le dos au feu et le ventre à table

was het maar...
vivement...

wat een oen!
quel oeuf!

wat in het vat zit, verzuurt niet
ce qui est différé n'est pas perdu

wat is daar erg aan? / wat geeft dat nou?
où est le mal ?

wat je zegt, dat ben je zelf
quand on parle des autres, on parle de soi

wat kan ik eraan doen?
qu'y puis-je ?

water binnenkrijgen
boire la tasse

het water in de mond doen lopen
mettre l'eau à la bouche

water naar de zee dragen
pisser dans un violon
peigner la girafe
battre l'eau/l'air/le vent
compter les étoiles

in het water vallen / in duigen vallen / mislukken
aller/partir à vau-l'eau
tomber à l'eau

zijn Waterloo vinden
c'est la Bérézina

wat vertel je nou weer voor onzin?
qu'est-ce que tu nous chantes là?

wat zie jij eruit!
ce n'est pas mardi gras aujourd'hui !

wat zullen ze wel niet van me denken? / waar zie je me voor aan? / stel je voor, zeg!
j'aurais l'air de quoi ?

naar de wc gaan
secouer la salade

dat is wederzijds
il me le rend bien

weer in zijn schulp kruipen
rentrer dans sa coquille

weer op honk zijn
regagner ses pénates

aan weerszijden / over en weer / aan beide kanten
de part et d'autre

weer terug bij af zijn / een illusie armer zijn
être Gros-Jean comme devant

ik weet wel waar je heen wilt
je te vois venir

de weg naar de hel is geplaveid met goede voornemens
l'enfer est pavé de bonnes intentions

de weg kwijtraken, de draad kwijt zijn
perdre les pédales

de weg kwijt zijn / met zijn hoofd ergens anders zijn
être à l'ouest

weggaan zonder te betalen
planter un drapeau

weggaan zonder gedag te zeggen, ertussenuit piepen
faire fausse compagnie
brûler la politesse

weggooien
foutre au panier / foutre en l'air

weinig trek hebben / een kleine eetlust hebben
avoir un appétit d'oiseau

wel heb je ooit! / nu vraag ik je! / nee maar!
par exemple !

wel iets anders te doen hebben
avoir d'autres chats à fouetter

wen er maar aan!
il faut s'y faire !

wereldkundig maken
porter sur les fonts baptismaux

sur le tas


weten waar je aan toe bent
savoir à quoi s'en tenir

ik moet het weten!
la question me brûle les lèvres

niet weten waar je aan begint
ne pas savoir dans quoi on s'embarque

weten waar je het over hebt
parler ex professo

wie A zegt moet ook B zeggen
quand le vin est tiré, il faut le boire

wie dan ook / eenieder
tout un chacun

wie durft? / wedden?
chiche ou pas chiche ?

wie het laatst lacht, lacht het best
rira bien qui rira le dernier

wie niet waagt, die niet wint
la fortune sourit aux audacieux

wie zal het zeggen?
mystère et boule de gomme

se pencher sur le berceau de

a beau mentir qui vient de loin

tirer ses grègues

wijlen
feu

faire chabrot/chabrol

à bon vin (ne faut) pas d'enseigne

la bailler belle

zich niets wijs laten maken
ne pas s'y tromper

een wijsneus zijn, de wijsheid in pacht hebben
avoir la science infuse

wilde haren krijgen
jeter sa gourme

se ranger des voitures
faire les quatre cents coups

wilde plannen maken
tirer des plans sur la comète

in het wilde weg schieten
tirer dans le tas

garder la boutique

aan de winnende hand zijn, aan het langste eind trekken
tenir le bon bout,

wipneus
nez en trompette

wispelturig in de liefde zijn
avoir un coeur d'artichaut

sterk wisselende resultaten hebben
avoir des résultats en dents de scie

een witte raaf
un merle blanc
un oiseau bleu

in de wolken zijn
être aux anges
boire du petit-lait

wollig taalgebruik
une langue de bois

een open wond
un abreuvoir à mouches

bourreau de travail 

dat zal me worst wezen
c'est le cadet de mes soucis, c'est le moindre de mes soucis
peu me chaut

wortel schieten, wachten tot je een ons weegt
faire le pied de grue

een writer's block
le syndrome (l'angoisse) de la page blanche

Z

de zaak is in kannen en kruiken
l'affaire est dans le sac

zachtgekookt ei
un oeuf à la coque (3 min.)
un oeuf mollet (5 min.)

stevig in het zadel zitten / stevig in zijn schoenen staan // in het zadel helpen
avoir/mettre le pied à l'étrier

in de zakken terechtkomen (van)
tomber dans l'escarcelle (de)

le marchand de sable est passé

iemand zand in de ogen strooien
jeter de la poudre aux yeux

avoir le pied marin

ce n'est pas de refus

zeg maar dag met je handje
adieu, veau, vache, cochon, couvée !

il ne faut jamais dire : fontaine, je ne boirai pas de ton eau

faire la barbe

het zeikt
il pleut comme vache qui pisse

alle zeilen bijzetten
mettre toutes voiles dehors

voor de zekerheid / om zichzelf gerust te stellen
par acquit de conscience

ze niet allemaal op een rijtje hebben
ne pas avoir la lumière à tous les étages

op de zenuwen werken
courir sur le haricot
taper sur le système/les nerfs

aan zet zijn, beginnen
avoir la main

zeur niet / je moet ons niet zo aan de kop zeuren
ne va pas nous en chier une pendule

zeven kleuren stront schijten / het in zijn broek doen van angst
avoir les foies

zich als een lopend vuurtje verspreiden
passer de bouche en bouche

zich door niets en niemand van het werk af laten houden
travailler sans lever le nez

zich een bult / een deuk / krom / een aap / een kriek / dood lachen
se marrer (se tordre/rire) comme une baleine

zich gedeisd houden, op zijn hoede zijn
se tenir à carreau

zich in de vinger snijden
se brûler les ailes

zich in het zweet werken
mouiller sa chemise

zich laten besodemieteren
se faire rouler dans la farine

zich rot lachen
se fendre la poire

zich uit de naad / het lazarus werken
travailler d'arrache-pied

zich zo vrij als een vogeltje voelen
grand aise d'avoir la clé des champs

zie daar maar eens achter te komen!
va savoir !

hoe meer zielen hoe meer vreugd
plus on est de fous, plus on rit


être sur la touche


tenir les pieds chauds

zoete inval
une auberge espagnole

zo is het wel genoeg
ça fait la rue Michel

zo licht als een veertje
léger comme une plume
 
zomaar voor de grap
histoire de rigoler

zo mager als een lat
maigre comme un clou

zo mak als een lammetje
doux comme un agneau

na mij/ons de zondvloed
après moi/nous le déluge

faire du gringue

sans queue ni tête


ça fait la rue Michel

autant que faire se peut

à cheval sur

zo ziek als een hond
malade comme un chien
 
zuipen / hijsen
se rincer la dalle

zwaar op de maag liggen
rester sur l' estomac

avaler des poires d'angoisse

l'épée de Damoclès

mettre flamberge au vent

un foudre de guerre

défaut de la cuirasse

één zwaluw maakt nog geen zomer
une hirondelle ne fait pas le printemps
le chant du cygne

zwanger zijn / Hansje in de kelder hebben
avoir un polichinelle dans le tiroir

zwart werken
travailler au noir


mettre sur l'index

(mettre de l') huile de coude

zweten als een otter
suer à grosses gouttes

être verni

4 opmerkingen: